Onder het carillon
De leden van drie generaties Maas-Voss ervaren en maken deel uit van bijzondere voorvallen en situaties in Gennep tussen 1945 en 1995.
In elf aktes beleeft het publiek een halve eeuw Gennepse geschiedenis met zijn ups en downs. Door een binnenmarcherende Schotse doedelzakblazer en tamboer (schitterende vondst!) maken de aanwezigen in één moment de tijdssprong van 2005 naar 1945.
Het sociale en generatieconflict krijgt gestalte als een jongeling Maas en een Ambonees meisje uit het Gennepse Ambonezenkamp verliefd op elkaar worden. De cultuurschok leidt tot spanningen binnen de Gennepse, de familie- en kerkgemeenschap. De heftige emoties op het toneel leidden tot herkenningsmomenten in een doodstille zaal. Liefde overwint ten slotte; de twee moeders van de geliefden grijpen als zo vaak op het moeilijkste moment in en geven de oplossing aan: integratie.
Landspolitiek en maatschappelijke onrust echoën door naar Gennep wanneer een zoon en dochter van de Maasclan betrokken zijn bij de bezetting van het Maagdenhuis in Amsterdam in het jaar van de zilveren bruiloft van het echtpaar Maas-Voss in 1970.
De kroniek eindigt met een vervroegde viering van de gouden bruiloft – eigenlijk in 1995 – wegens een terminale ziekte van (groot)moeder Maas-Voss. De watersnood van 1993 (een menselijke ketting met zandzakken) dreigt even nog roet in het eten te gooien. Maar het wordt een groot feest, op het toneel een wervelende show van zang en dans. Met dank aan Wiel van Dinter